Boven op het dek van de motorkap staat een verhoging. Hierin zijn twee luiken aangebracht die kunnen/konden scharnieren en die zorgde voor de ventilatie van de motorruimte. In de luiken zitten per zijde twee patrijspoorten. Verder staan er o.a. nog twee beugels op, de naamplaat van de Gar, een schoorsteen, diverse ontluchtingspijpen en de scheepsbel.