Er zijn twee verschillende manieren toegepast om het glas te bevestigen in de ramen. Of het is gevat in rubber of het is een aluminium raam dat kan schuiven of klappen. Bij de aluminium ramen dien je een raamwerk te maken dat niet, zoals bij de ramen die in rubber gezet in de wanddikte van de kajuit zitten, maar iets voorsteken. Maar de werkwijze voor het aanmaken van de ramen is in grote lijnen voor beide uitvoeringen gelijk. De lange raam aan de achterzijde van de kajuit is een schuifraam en de twee ramen aan de voorzijde van de kajuit kun je open klappen. Begonnen met aan de binnenzijde een rand aan te brengen waardoor er een sponning ontstaat. Voor de buitenkant is een raamwerk gemaakt met een sponning die een halve mm voorsteekt t.o.v. de kajuit. In de ruimte die hierdoor ontstaat, kun je bij het grote raam aan de achterzijde het glas eenmaal tegen de rand van de kajuitzijde lijmen en het andere raam tegen de binnenzijde van de nog losse inzetrand. Hiermee boots je de schuifraam na. Bij de twee ramen aan de voorzijde van de kajuit moet nog de klapraam gemaakt worden. Deze wordt geplaatst op de buitenzijde van de nog losse inzetrand. Daarna kan het eerst aluminiumkleurig gelakt worden, het glas erin gelijmd en als laatste het geheel in de uitsparing gelijmd worden.